Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Voor die van het [23]oosten, [24]met [het land] der kinderen Ammons, hetwelk Ik ter [25]bezitting zal overgeven; opdat der kinderen Ammons onder de heidenen niet [meer] gedacht worde. 23. Zie vs.4. God wil zeggen, gelijk Hij Ammons land aan die van het Oosten heeft overgegeven, alzo zal Hij ook der Moabieten land voor hen openen. 24. Of, boven, benevens. 25. Voor die van het Oosten, gelijk vs.4.